Seroendeng is een 'topping' of zo je wilt, een bijgerecht uit de Indische keuken. Net als de Bawang goreng ( gebakken uitjes) die ik eerder al maakte. Hoofdbestanddelen zijn kokos, pinda's, ui en kruiden.
Seroendeng is lekker bij bami en nasi, maar ook over de pindasaus bijvoorbeeld.
De ui heel fijn snijden. In de olie de ui fruiten met de geperste knoflook in een wok of koekenpan. De kruiden ( ook het zeezout) erbij. Misschien ken je de koriander en het komijnzaad onder de andere namen, respectievelijk ketoembar en djinten. Laos is familie van de gember en wordt ook wel Thaise gember genoemd. De kokos erin doen en goed roeren. Het is eigenlijk meer roosteren wat je doet omdat je weinig olie gebruikt. Het omscheppen is belangrijk om aanbranden te voorkomen. Zet je vuur niet te hoog. Na zo'n 10 minuten de halve pinda's erbij mikken. Het citroensap en de bruine suiker toevoegen, nog kort omscheppen. Je seroendeng is nu klaar. Je moet het op een bakpapier of keukenrol uitspreiden zodat het kan drogen. Bewaren in een goed afsluitbaar bakje. Veel smakelijker dan de kant en klare seroendeng!
In deze blog laat ik zien hoe ik lekker eten maak. De recepten zijn meestal niet te moeilijk en de ingrediënten zijn gewoon in een supermarkt te koop. Koken en bakken moet vooral leuk zijn, vind ik. En het eindresultaat natuurlijk lekker!
woensdag 30 september 2015
dinsdag 29 september 2015
Bosvruchtenijs
Op mijn blog kun je al heel wat soorten ijs vinden. Het opleuken van vanille ijs is toch een soort sport geworden. Eerst begon ik alleen met het fijnmaken van fruit door het ijs, maar door het inkoken krijg je een veel mooiere smaak van het fruit door het ijs heen. Vandaag waren de bosvruchten aan de beurt. Een paar laatste frambozen uit de moestuin en een restantje diepvries bosvruchten. In een steelpannetje zachtjes koken, de honing erbij en roeren. Als het na een paar minuten wat dikker wordt en het fruit zacht is, mag je het zeven. Zo krijg je geen pitjes in je ijs. Saus af laten koelen. Het vanille ijs losprakken met een vork. De helft van de saus door het ijs roeren. De andere helft over het ijs verspreiden. In de vriezer doen. Klaar! :-)
Chocolade variaties en tips!
Vanmiddag heb ik schik gehad met chocolade. Veel chocolade. Mijn collega's krijgen morgen lekkere bonbons en slagroomtruffels te proeven bij de vergadering. Natuurlijk kan ik het dan niet nalaten om meer dan 1 smaak te maken. Hier alvast een impressie... Voor de oplettende kijker, ik heb zowel slagroomtruffels als bonbons gemaakt. Drie soorten vulling voor de slagroomtruffels: de gewone, een sinaasappel- en een bosvruchtentruffel. De sinaasappel- en bosvruchtensaus heb ik gemaakt door deze in te koken (de een met suiker, de ander met honing). Het inkoken van fruit doe ik vaker voor het maken van ijssmaken of om gelei of siroop te maken voor op een taart. Ik ben verder uitgegaan van het recept van de slagroomtruffel, dus voor ongeveer 24 stuks. Die basis heb ik in drie bakjes verdeeld. Het was iets meer dan een eetlepel wat ik aan sinaasappel of bosvruchtensaus heb toegevoegd.
Ik stuitte bij het mixen van de slagroomtruffelvulling op een bekend probleem. Het werd een beetje klonterig en ging schiften (foto links). Misschien heb je dat ook wel eens gehad als je bijvoorbeeld cakebeslag aan het maken bent? Het betekent niet dat je iets gruwelijk verkeerd doet, maar wel dat de verschillende ingrediënten teveel van temperatuur verschillen. Dat kun je nog oplossen! Je pakt een grote bak waar je bak inpast (of je zet de bak in de gootsteen). Laat warm water in die grote bak lopen. Zet je bak met beslag erin en roer rustig door. Je zult zien dat je beslag weer mooi glad wordt. Yep, bij mij lukte het ook (foto rechts). Zo kon ik weer verder! Ik heb dit keer voordat ik de bolletjes ging draaien alle bakjes eerst kort in de diepvries gehad omdat het te warm was vanwege deze interventie. Als je precies wilt weten hoe je de slagroomtruffels maakt, zoek dan naar het recept op dit blog.
Voor de bonbons heb ik gekozen voor twee smaken: marsepein en caramel. Hoe je zelf marsepein maakt, heb ik kort geleden al verklapt. De caramelbonbon heb ik eerder gemaakt. Alleen nu een kleine toevoeging: anderhalve eetlepel sterke koffie. Bij het maken van de bonbons heb ik nog 2 dingen uitgeprobeerd die goed werken.
Het eerste is dat het goed werkt om de minimuffinbakvorm inclusief papiertjes even in de vriezer te zetten. Als je dan je gesmolten chocolade gaat aanbrengen, stolt dat snel. Dat is prettig omdat de chocolade dan niet zo snel van de zijkanten naar beneden zakt! Het tweede wat ik getest heb, is dat het kwastje inderdaad prettig werkt om de chocolade te verdelen. Veel simpeler dan met een lepeltje!
Als je nou geen zin hebt in ingewikkeld maar toch een beetje moeite wilt doen, nog een mogelijkheid:
Ik kocht vandaag een siliconenvorm voor chocolaatjes. Je hoeft alleen maar chocola te smelten en door de vormpjes ziet het er al snel leuk uit. Ik bedacht meteen om te kijken of gekleurde spikkels te zien zouden zijn als ik een laagje op de bodem strooide en ja hoor...Leuk toch? Ook een leuk idee voor een baby shower, kun je de kleur van je spikkels aanpassen :-). In een andere vorm heb ik een hazelnoot erin gedaan, wat ook geen probleem opleverde met het eruit halen. De siliconenvorm hoeft niet lang in de vriezer voor het klaar is. Ik ben benieuwd of jij al met chocolade in de weer bent geweest? Nee? Aan de slag dan! ;-)
Ik stuitte bij het mixen van de slagroomtruffelvulling op een bekend probleem. Het werd een beetje klonterig en ging schiften (foto links). Misschien heb je dat ook wel eens gehad als je bijvoorbeeld cakebeslag aan het maken bent? Het betekent niet dat je iets gruwelijk verkeerd doet, maar wel dat de verschillende ingrediënten teveel van temperatuur verschillen. Dat kun je nog oplossen! Je pakt een grote bak waar je bak inpast (of je zet de bak in de gootsteen). Laat warm water in die grote bak lopen. Zet je bak met beslag erin en roer rustig door. Je zult zien dat je beslag weer mooi glad wordt. Yep, bij mij lukte het ook (foto rechts). Zo kon ik weer verder! Ik heb dit keer voordat ik de bolletjes ging draaien alle bakjes eerst kort in de diepvries gehad omdat het te warm was vanwege deze interventie. Als je precies wilt weten hoe je de slagroomtruffels maakt, zoek dan naar het recept op dit blog.
Voor de bonbons heb ik gekozen voor twee smaken: marsepein en caramel. Hoe je zelf marsepein maakt, heb ik kort geleden al verklapt. De caramelbonbon heb ik eerder gemaakt. Alleen nu een kleine toevoeging: anderhalve eetlepel sterke koffie. Bij het maken van de bonbons heb ik nog 2 dingen uitgeprobeerd die goed werken.
Het eerste is dat het goed werkt om de minimuffinbakvorm inclusief papiertjes even in de vriezer te zetten. Als je dan je gesmolten chocolade gaat aanbrengen, stolt dat snel. Dat is prettig omdat de chocolade dan niet zo snel van de zijkanten naar beneden zakt! Het tweede wat ik getest heb, is dat het kwastje inderdaad prettig werkt om de chocolade te verdelen. Veel simpeler dan met een lepeltje!
Als je nou geen zin hebt in ingewikkeld maar toch een beetje moeite wilt doen, nog een mogelijkheid:
Ik kocht vandaag een siliconenvorm voor chocolaatjes. Je hoeft alleen maar chocola te smelten en door de vormpjes ziet het er al snel leuk uit. Ik bedacht meteen om te kijken of gekleurde spikkels te zien zouden zijn als ik een laagje op de bodem strooide en ja hoor...Leuk toch? Ook een leuk idee voor een baby shower, kun je de kleur van je spikkels aanpassen :-). In een andere vorm heb ik een hazelnoot erin gedaan, wat ook geen probleem opleverde met het eruit halen. De siliconenvorm hoeft niet lang in de vriezer voor het klaar is. Ik ben benieuwd of jij al met chocolade in de weer bent geweest? Nee? Aan de slag dan! ;-)
maandag 28 september 2015
Amandelspijs
Toen ik amandelen kocht om marsepein te gaan maken, kon amandelspijs maken natuurlijk niet achterblijven....Amandelspijs ken je misschien van een amandelbroodje (zie je die eigenlijk nog wel eens?!). Maar waarschijnlijker van de kerststol of de gevulde speculaas. Maar amandelspijs kun je ook in een luxe appeltaart doen als laagje onder de appels. Genoeg mogelijkheden. De amandelen in heet water leggen, dan spoelen met koud water en in het water laten liggen. Langs de amandelen wrijven met je vingers om de schilletjes eraf te halen. De amandelen droogdeppen, doormidden snijden/ breken. Met de staafmixer fijn malen. Pas op dat het niet alle kanten rondvliegt. Ik gebruik een hoge beker en hou meestal ook nog een theedoek of keukenpapier erop om de bovenkant af te dekken. Het schijnt dat er speciale beslagkommen bestaan met een deksel waar een uitsparing voor de staafmixer zit. Maar ja, die heb ik helaas niet. Als je een keukenmachine hebt, ben je helemaal gezegend. In een mum van tijd heb je mooi fijn amandelmeel. Uitgaande van het gebruik van een staafmixer, moet je de boel extra zeven zodat het fijn genoeg is. Je zou ook kant en klaar amandelmeel kunnen gebruiken. Het amandelmeel vermengen met de kristalsuiker. Een citroen wassen met een borstel omdat je wat citroenrasp nodig hebt. Het is maar een mespunt (bijna een halve theelepel) citroenrasp wat je nodig hebt. De citroen afdrogen en de fijne kant van de rasp gebruiken. De citroenrasp en het beetje citroensap erbij. Wat van het water toevoegen en kneden maar. Nog wat water erbij als het nodig is. Als het een samenhangende bol amandelspijs is, ben je klaar. In plastic folie een dag of zelfs paar dagen in de koelkast laten liggen. De smaak schijnt dan optimaal te zijn. Kun je mooi bedenken wat je met je amandelspijs gaat maken.
Marsepein
Ik weet niet of het door mijn leeftijd (eerder had ik er nooit 'last' van) komt, maar de laatste tijd vind ik het leuk om dingen zelf te maken die je vaak kant en klaar koopt. Ik ben nieuwsgierig of het moeilijk of makkelijk gaat, wat er allemaal inzit...als ik het zelf maak, weet ik in ieder geval WAT er in zit. Ik ben zeker geen overmatig gezondheidstype of zoiets hoor. Ik ren alle superfoods zo voorbij. Maar iedereen moet vooral doen wat hij of zij goed vindt voelen. Leven en laten leven. Okidoki, genoeg gepraat. Tijd voor een recept. Ik heb marsepein gemaakt! Dat begint allemaal bij amandelen. Die gepeld moeten worden. Heb je daar geen zin in, kan je gedeeltelijk voor kant en klaar gaan en amandelmeel kopen. Want je maakt amandelmeel door de amandelen te ontdoen van hun vliesje en helemaal te vermalen. Het pellen van de amandelen is een werkje wat een beetje tijd kost. Maar er is een tip! Leg de amandelen in gekookt water. Na een paar minuten kun je ze afspoelen met koud water. Laat ze in het koude water liggen. Als je langs de amandel wrijft, gaat het schilletje er soms al helemaal af. Voor de eigenwijze amandel moet je iets meer peuteren. De gepelde amandelen afdrogen. Doormidden breken of snijden. Dan in een hoge beker met de staafmixer fijnmaken. Het handigst gaat dat als je niet alles tegelijk erin doet. De fijngemalen amandelen door een zeef doen zodat je alleen mooi fijn amandelmeel hebt aan het eind van de rit. Soms moet je dus nog eventjes verder mixen. Ben je hier helemaal klaar mee, mag je de poedersuiker erbij doen. Doe dat wel door de zeef. Tik een eitje kapot en weeg de benodigde hoeveelheid eiwit af met een weegschaal. Doe niet alles in 1 keer erbij, want als het al een mooi geheel is met iets minder eiwit, is dat prima. Net als iets meer. Als het maar mooi samenhangende marsepein is. Doe het in plastic folie en laat het zeker 1 dag rusten voor je het gaat gebruiken. Amandelen zijn overigens best prijzig, net als amandelmeel. Ik betaalde voor 100 gram amandelen 2,49. Maar goed, als je marsepeinbolletjes koopt bij de bakker kost dat je ook een vermogen. Ik heb net een voorproefje gedaan en het is super lekker! Vergelijkbaar met marsepein die je bij de bakker kunt krijgen. Begrijp me goed, ik ben er zelf net zo verbaasd van dat het zo lekker smaakt! Daar wordt een mens blij van! Marsepein is als vulling voor een bonbon te gebruiken, als bekleding voor een taart maar natuurlijk puur als bolletje met cacaopoederlaagje of als figuurtje. Je kunt je marsepein uiteraard kleuren met eetkleurstoffen. Leef je lekker uit of ga oud en vertrouwd voor een simpel bolletje bij een kop koffie of thee....
Sinaasappelijs
Dit recept is voor 1 liter ijs want het is zo lekker, je hebt aan een halve liter echt niet genoeg hoor! 1 sinaasappel moet je schoonboenen met een borsteltje want daar wil je het sinaasappelrasp van hebben. Voor je gaat raspen eerst goed droogdeppen met een stukje keukenrol. Met de fijne kant van de rasp je best doen, pas op dat je niet te enthousiast door raspt, het wit smaakt niet lekker. Alle drie de sinaasappels persen. Het sap in een steelpan doen. De suiker erbij en zachtjes laten inkoken. In mijn geval had ik behoorlijk wat sap (dat verschilt toch nog al eens per perssinaasappel). Daarom heb ik er na een tijdje pruttelen voor gekozen om wat Taartina te gebruiken. Dat zijn van die kleine zakjes van dr.Oetker (ik heb ze nog niet van een goedkoper merk gezien) die bedoeld zijn om taartgelei mee te maken. Doe de helft van het zakje in een bakje, pak een paar eetlepels van je sinaasappelsap en roer het goed door. Je kunt hier dan steeds een eetlepel van bij je sinaasappelsap doen. Je kunt stoppen als het stevig genoeg gaat voelen. Misschien is het bij jou helemaal niet nodig en is het al voldoende ingekookt zonder Taartina. Mooi toch? De sinaasappelsaus af laten koelen. In totaal wordt het ongeveer 5 tot 6 eetlepels saus. In een beslagkom je ijs wat losprakken met een vork. Meng 3 tot 4 eetlepels saus door het ijs heen. Doe het ijs terug in de ijsbak. Verspreid dan de overgebleven saus erover. Met een lepel een beetje erin draaien. Wachten tot het stevig genoeg is om een bolletje ijs te kunnen scheppen. Genieten!
zondag 27 september 2015
Aardbeienijs
Sorry, ik kon het weer niet laten. Al het spannende ijs was op hier, dus het gewone vanille ijs omgetoverd tot aardbeienijs. En dan niet van dat roze ijs waarvan je je zit af te vragen waar in godsnaam de aardbei gebleven is, nee echt lekker aardbeienijs. Van aardbeien!
200 gram aardbeien schoonwassen, kroontjes eraf en doormidden snijden. In een steelpannetje met een drupje water aan de kook brengen. Zachtjes laten koken. De suiker erbij. Af en toe roeren. De aardbeien worden al zacht maar zullen niet zo snel door het koken helemaal vloeibaar worden. Ik heb niet op de klok gekeken maar ik denk dat het zo'n 5 minuten was dat het opstond. In een hoge kom met een staafmixer egaal maken. Niet in het steelpannetje doen want dat spettert en is heet! Ik doe dan dit prutje door een zeefje zodat je geen pitjes van de aardbei tegen hoeft te komen in je ijs. De aardbeiensaus af laten koelen. In totaal hou je ongeveer 4 grote eetlepels over van deze hoeveelheid aardbeien. Twee eetlepels goed mengen met het ijs en in het bakje doen. Dan 2 eetlepels speels verdelen over het aardbeienijs. Met de lepel een klein beetje erin draaien, maar niet teveel want het is juist lekker en leuk (!) als je de saus soms tegenkomt door je hap ijs. Echt een genot om een hap te nemen en de smaak van verse aardbeien te herkennen!
Bawang goreng (gebakken uitjes)
Mijn man is dol op gebakken uitjes! Voor mij een reden om uit te vogelen hoe je zoiets zelf kunt maken. Onmisbaar als je nasi of bami eet, maar evengoed smakelijk door een salade (wel pas op het eind erbij doen, anders worden ze minder knapperig). Wij eten de uitjes bijvoorbeeld als we een broodje knakworst eten als topping, maar in een gebakken ei misstaat het zeker ook niet. Tal van mogelijkheden met bawang goreng! Het komt oorspronkelijk uit de Indische keuken. Het is een ongelofelijk calorierijk product, daar vergis je je snel in. Dat komt door de hoeveelheid olie die nodig is om de uitjes te bakken. Ik heb geen idee of de zelfgemaakte dan verschillen met de kant en klare versie. Ik hoop het maar ;-). Schil 6 uien. Snij de ui doormidden en probeer dan zo dun mogelijke halve ringen te snijden. Als je in het bezit bent van een mandoline, kun je die gebruiken. Niet de mandoline als muziekinstrument. Dat geeft wel muzikale gezelligheid, maar helpt niet bij de uien. De juiste mandoline is een soort rasp. Genoeg gekletst, aan de slag. Doe alle uien in een grote kom. Strooi er 4 eetlepels bloem over, zorg dat alle uien wel wat bloem tegenkomen. In een wok maak je een behoorlijke hoeveelheid olijfolie warm. Als je er een hand uien indoet, moeten ze er een bijna in kunnen zwemmen. De uien moet je dus in porties bakken. Een piepklein beetje trassi (een kruimeltje) erbij, schrik niet...het stinkt best! (tenminste dat vond iedereen hier). De uien wat heen en weer husselen zodat ze mooi bruin gaan worden. een scheutje ketjap en een eetlepel kokos per keer erbij doen. De olie kun je een paar porties gebruiken met een beetje nieuwe olie erbij. De uitjes die klaar zijn op een stuk keukenrol laten uitlekken. Er komt flink wat vettigheid uit. Als je alle uien hebt gebakken, de keukenrol nog eens vernieuwen en aan de bovenkant keukenrol doen zodat je kunt deppen. De bawang goreng is nu al heel lekker (al vind ik het er niet aantrekkelijk uitzien, iedereen komt steeds langs om te snoepen!). Maar we hebben met dit recept een hoeveelheid die je wilt bewaren. Het moet voldoende knapperig blijven. Dus komt het laatste onderdeel van het recept. Verwarm je oven op 50 graden (heel laag dus). Spreid de uitjes uit op bakpapier en laat ze een half uur drogen in de oven. Een laatste keer op keukenpapier en dan als het afgekoeld is in een afsluitbaar bakje om te bewaren. Niet in de koelkast doen!
Caramelbonbons
Tadááá! Mijn eerste keer dat ik een heuse bonbon heb gemaakt. Trots op het resultaat. Al kun je op de foto zien dat ze niet allemaal perfect waren. Ik bleek iets te enthousiast te zijn met de vulling waardoor de bonbon niet goed genoeg afsloot. Gelukkig doet dat geen afbreuk aan de smaak. Mijn mama zei altijd: 'ach, je kan het toch niet heel opeten...'
In dit recept gebruik ik caramel salé ( gezouten caramel). Dat zal je dus eerst moeten maken, voordat je hier verder kunt. Het recept is op deze blog te vinden. Verder is het heel handig om iets te hebben waar je chocola in kan gieten. Veel mensen hebben wel zo'n siliconenvorm. Ik niet, maar ik had kleine papieren vormpjes en een bakblik voor mini cupcakes en dat werkte redelijk goed. De slagroom stijfkloppen met wat vanillesuiker. Eventueel een beetje klopfix gebruiken. Ik moet eerlijk zeggen dat zo'n kleine hoeveelheid niet makkelijk is. Dat zou ervoor kunnen pleiten om de hoeveelheid te verdubbelen, maar wij hadden hier in de koelkast ook nog slagroomtruffels staan dus dat vond ik wat teveel voorraad aan snoeperij! De witte chocolade smelten in een bakje in de magnetron. Ik zet het vermogen iets lager op 500 en check regelmatig of het niet te hard gaat. Tussendoor roeren is gewenst. Als alles mooi glad is, vermengen met de slagroom. De caramel salé erbij. Dan het bakje met de vulling in de vriezer zetten ( let op dat je een bakje pakt wat daartegen kan!. Dat mag zeker wel een half uur. Zo krijgt het de stevigheid die je nodig hebt. Dan de papieren vormpjes erbij pakken of je siliconenvormpjes voor chocolade. Smelt 50 gram pure chocolade. Doe met een theelepel in elk vormpje een beetje. Ik heb het met het lepeltje verdeeld maar achteraf dacht ik dat een boterkwastje vast simpeler werkt. Want niet alleen de bodem maar ook de zijkanten moeten met chocolade bedekt zijn. Dit moet je 5 minuten in de vriezer zetten zodat de chocolade hard is. De caramelvulling mag er nu in. Niet te vol doen dus ( zoals ik deed bij een aantal). Opnieuw 50 gram pure chocolade smelten en zo de vulling afdekken. Dan moeten de caramelbonbons een uurtje in de vriezer. Als je met papiertjes werkt, mag je die er voorzichtig afpulken. De vulling is zacht, dus pas op bij het proeven dat je niet knoeit. Maar mijn hemel wat is dit lekker!!!
In dit recept gebruik ik caramel salé ( gezouten caramel). Dat zal je dus eerst moeten maken, voordat je hier verder kunt. Het recept is op deze blog te vinden. Verder is het heel handig om iets te hebben waar je chocola in kan gieten. Veel mensen hebben wel zo'n siliconenvorm. Ik niet, maar ik had kleine papieren vormpjes en een bakblik voor mini cupcakes en dat werkte redelijk goed. De slagroom stijfkloppen met wat vanillesuiker. Eventueel een beetje klopfix gebruiken. Ik moet eerlijk zeggen dat zo'n kleine hoeveelheid niet makkelijk is. Dat zou ervoor kunnen pleiten om de hoeveelheid te verdubbelen, maar wij hadden hier in de koelkast ook nog slagroomtruffels staan dus dat vond ik wat teveel voorraad aan snoeperij! De witte chocolade smelten in een bakje in de magnetron. Ik zet het vermogen iets lager op 500 en check regelmatig of het niet te hard gaat. Tussendoor roeren is gewenst. Als alles mooi glad is, vermengen met de slagroom. De caramel salé erbij. Dan het bakje met de vulling in de vriezer zetten ( let op dat je een bakje pakt wat daartegen kan!. Dat mag zeker wel een half uur. Zo krijgt het de stevigheid die je nodig hebt. Dan de papieren vormpjes erbij pakken of je siliconenvormpjes voor chocolade. Smelt 50 gram pure chocolade. Doe met een theelepel in elk vormpje een beetje. Ik heb het met het lepeltje verdeeld maar achteraf dacht ik dat een boterkwastje vast simpeler werkt. Want niet alleen de bodem maar ook de zijkanten moeten met chocolade bedekt zijn. Dit moet je 5 minuten in de vriezer zetten zodat de chocolade hard is. De caramelvulling mag er nu in. Niet te vol doen dus ( zoals ik deed bij een aantal). Opnieuw 50 gram pure chocolade smelten en zo de vulling afdekken. Dan moeten de caramelbonbons een uurtje in de vriezer. Als je met papiertjes werkt, mag je die er voorzichtig afpulken. De vulling is zacht, dus pas op bij het proeven dat je niet knoeit. Maar mijn hemel wat is dit lekker!!!
zaterdag 26 september 2015
Affogato
Affogato is vertaald ' verdronken' dus met een beetje dichterlijke vrijheid heet dit toetje: 'in koffie verdronken ijs'. Grappige naam toch? En lekkerrrrr....
Pak twee theeglazen of iets anders wat je geschikt acht. Doe in beide een ' dopje' amaretto. Leg twee koekjes op ieder schoteltje. Verkruimel de rest van de kleine amarettokoekjes met een lepel. Ik weet niet zeker of je deze koekjes in de supermarkt kunt kopen, ik heb ze nota bene bij de Intratuin gekocht. Daar heten ze amaretti koekjes, nou ja, komt op hetzelfde neer. Het is een klein, soort bitterkoekje, maar wel wat harder. Zet een kop sterke koffie. Ik heb dat met nescafé oploskoffie gedaan. Want de senseo pads die ik gebruik, zijn niet sterk genoeg qua smaak. Doe een bolletje ijs in beide glazen, doe de verkruimelde koekjes erover. Hou een beetje over om mee te decoreren. Dan wat koffie erover, gaat simpel met een lepel. Schenken wordt bij mij altijd een zooitje, bij jou ook? Dan nog een beetje ijs en wat koffie. Een flinke toef slagroom (vers of spuitbus, jouw feestje...). Wat kruimels erover en eventuele andere versiering/smaakmakers. Denk aan cacaopoeder, hagelslag, kaneel, chocoladerasp. Wat jij lekker vindt.
Salute!
Let's do lunch! ( salade en kaasbroodjes)
Deze lunch is een combi van een salade met een frisse dressing en een knapperig kaaschipje. Daarbij een lekker broodje met gesmolten kaas uit de oven. Ik zeg: ja graag! De oven voorverwarmen op 200 graden. Ik had nog wat zelfgebakken brood over wat ik wilde gebruiken, maar je kunt natuurlijk een stokbrood pakken wat nog afgebakken moet worden. Snij dat dan doormidden. Leg op bakpapier. Pers een teentje knoflook en smeer dit op de broodjes uit. Dan een beetje kruidenboter erover, het liefst zelfgemaakte, zie recept op mijn blog. De mozzarella in plakjes snijden en verdelen. Wat geraspte pastakaas erbij en besprenkelen met wat kruidenolie ( ook daar staat een recept van op mijn blog). De tijd in de oven is ergens tussen 6 tot 8 minuten, hangt een beetje van je oven af. Maar ook je kaaschips moet in de oven dus hou een plekje vrij. Leg een beetje geraspte kaas bij elkaar op een bakplaat met bakpapier erop. Bestrooi met wat peper en paprikapoeder. Hoe ' losser' je de kaas legt, des te knapperiger hij wordt. Mocht je chips toch nog niet zo knapperig zijn, helpt het ook om 'm op een keukenpapier te leggen ( het vet trekt er dan in). De kaaschips moet niet zo lang als de broodjes dus hou het wel goed in de gaten. Ik heb ze dit keer zo'n 6 minuten erin gehad maar dat kwam omdat ik de hoopjes wat te vast had gemaakt. Voor de salade in drie bakjes een handje sla doen en wat kipreepjes. De appel schillen en in stukjes snijden. De appel verdelen. Een frisse dressing maken van de mosterd, honing, citroen en kruidenolie. Door elkaar roeren en over de sla doen. De kaaschips erbij steken. Ik had er twee per persoon. Lekker eens wat onders dan de gewone boterham. Let's do lunch!
Labels:
appel,
brood,
geraspte kaas,
honing,
kipreepjes,
knoflook,
kruidenboter,
kruidenolie,
lunch,
mosterd,
mozzarella,
salade,
sla
vrijdag 25 september 2015
Slagroomtruffels
Ik was aan het rondneuzen op internet naar lekkere gerechten en kwam min of meer per ongeluk uit bij Rudolph van Veen. Op een filmpje liet hij zien hoe je simpel slagroomtruffels kunt maken. Het is inderdaad niet heel ingewikkeld. Ik heb het zelfs nog simpeler gemaakt. Maar mocht je meer behoefte aan instructie hebben, surf gerust naar het filmpje. Als je maar weer terugkomt hè? ;-)
De roomboter, poedersuiker, slagroom en vanillesuiker in een mengkom met elkaar mixen. Het is klaar als alles goed gemengd, romig en stevig is. Rudolph gaat met een spuitzak aan de gang. Dat vind ik teveel gedoe. Ik heb mijn handen met koud water gewassen zodat ze niet te warm waren en ben bolletjes gaan draaien. Deze leg je op een snijplank op plastic folie of bakpapier. Als je alle bolletjes hebt gedraaid ( ongeveer 24 stuks), steek je in elk bolletje een cocktailprikkertje ( tot aan de bodem). Zet dan de bolletjes in de vriezer voor een half uur. Op die manier worden de bolletjes goed stevig en koud. Dat is nodig omdat je de bolletjes in de gesmolten chocolade gaat doen.
Ik heb ervoor gekozen om zowel witte als melkchocolade te smelten. Niet tegelijkertijd hoor anders zou ik heel behendig zijn. Hoe je chocola kunt smelten au bain marie, dat moeten jullie nu wel weten anders spiek je maar bij een ander chocolade recept hier
( er staan er genoeg!). Ik ging voor easy, dus de magnetron deed het werk. Je moet schaaltjes klaarzetten met lekkers wat je wilt gebruiken als topping zoals kokos, nougatine en cacao. Misschien verzin je zelf nog andere opties. Prima toch? Je pakt een bolletje aan het prikkertje op, doopt het in de chocola. Met een lepel kun je het overgieten. Dan in het schaaltje zetten met een topping. Ook daar kan een lepeltje handig zijn, want ik merkte dat veel draaien niet goed is. Door teveel draaien gaat je prikkertje eruit en het bolletje wat toch kwetsbaar is, kan uit elkaar vallen. De slagroomtruffel ( want nu is hij compleet) weer op een bakpapier zetten ( met eronder de snijplank). Als je ze allemaal klaar hebt, in de koelkast zetten. Na een uur kun je de prikkkertjes eruit halen, door wat te draaien. Bij de cacaotopping moet je het teveel aan cacao eraf schudden. Wij hebben toen meteen al een truffel geproefd. We vonden ze heerlijk, maar een paar uur later smaakte ze nog beter. De tip is om geduldig te zijn en ze eerst een paar uur in de koelkast met rust te laten ( moeilijk, moeilijk...ik weet het). Je moet de slagroomtruffels bewaren in de koelkast. Maar je zal ze vast niet lang bewaren.....
( er staan er genoeg!). Ik ging voor easy, dus de magnetron deed het werk. Je moet schaaltjes klaarzetten met lekkers wat je wilt gebruiken als topping zoals kokos, nougatine en cacao. Misschien verzin je zelf nog andere opties. Prima toch? Je pakt een bolletje aan het prikkertje op, doopt het in de chocola. Met een lepel kun je het overgieten. Dan in het schaaltje zetten met een topping. Ook daar kan een lepeltje handig zijn, want ik merkte dat veel draaien niet goed is. Door teveel draaien gaat je prikkertje eruit en het bolletje wat toch kwetsbaar is, kan uit elkaar vallen. De slagroomtruffel ( want nu is hij compleet) weer op een bakpapier zetten ( met eronder de snijplank). Als je ze allemaal klaar hebt, in de koelkast zetten. Na een uur kun je de prikkkertjes eruit halen, door wat te draaien. Bij de cacaotopping moet je het teveel aan cacao eraf schudden. Wij hebben toen meteen al een truffel geproefd. We vonden ze heerlijk, maar een paar uur later smaakte ze nog beter. De tip is om geduldig te zijn en ze eerst een paar uur in de koelkast met rust te laten ( moeilijk, moeilijk...ik weet het). Je moet de slagroomtruffels bewaren in de koelkast. Maar je zal ze vast niet lang bewaren.....
Caramel salé
In Frankrijk maakte ik kennis met caramel salé. Vertaald is dat dus gezouten caramel. Je hebt dit in vloeibare vorm en in wat meer vaste vorm als een toffee. De vloeibare caramel salé wordt op verschillende manieren toegepast. In taart, botercrème, als saus over ijs of je crêpe. Thuis heb ik het nagemaakt, want ik vond er een recept van op zoetrecepten.nl. De dame bleek een naamgenoot, dus ik dacht meteen: dat is vast goed. En dat is het! Ik verklap nu al meteen dat het een geweldig broodbeleg is voor een stukje krentenbrood!
De steelpan omspoelen met water. De suiker erin en het pannetje op zacht vuur warm laten worden. De suiker moet smelten, maar het moet niet te hard gaan. Veel roeren is belangrijk anders brandt de boel aan. De suiker moet helemaal vloeibaar zijn en lichtbruin. De volgende stap is de boter erbij doen, pas op het kan wat spetteren. Ik gebruik naast de pollepel ook de garde als de boter niet lekker wil vermengen. Met de garde gaat dat makkelijk maar die hete spetters moet je zien te ontwijken! Als de boter helemaal is opgenomen, kun je de slagroom toevoegen. Niet schrikken, het bubbelt en neemt toe in volume. Blijven roeren.
Als de slagroom er goed doorheen geroerd is, nog 1 minuutje zacht koken. Dan is het klaar. In het oorspronkelijke recept doen ze er nog wat extra zeezout bij, maar ik vind dat net iets teveel. Zeker omdat de smaak na een tijdje nog sterker wordt. Je kunt de caramel salé bewaren in een afgesloten bakje of potje. Gebruik bij een smalle opening van een potje een trechter zodat je minder hoeft te knoeien.
Je begrijpt het al...als je ongezouten roomboter gebruikt, krijg je ' gewone' caramelsaus. Je kunt ook spannende variaties maken door bijvoorbeeld in plaats van slagroom te kiezen voor crème fraîche. De hoeveelheid mag hetzelfde zijn. Als je de caramel salé wilt gebruiken over je ijs, kun je wat je nodig hebt kort verwarmen in de magnetron. Het is dan meteen weer vloeibaar zodat je eenvoudig kunt schenken.
donderdag 24 september 2015
Brood trio
Ik ben de gelukkige eigenaar van een broodbakmachine. Heerlijk eenvoudig en je hebt er weinig omkijken naar. Maar nu ik een leuke grote oven heb, is een broodje in die oven maken net zo verleidelijk. Super handig is dat je broodbakmachine het deeg kneden en rijzen voor een gedeelte van je kan overnemen. Je moet de machine daarvoor instellen op 'deeg kneden'. Bij mij staat er ' Teig'. Maar dat zal niet bij elke broodbakmachine hetzelfde zijn. Je kunt het deeg zelf met de handen kneden en het rijzen verzorgen zonder machine. Ik heb vandaag eenvoudig voor een kant en klaar pak broodmix gekozen. Na anderhalf uur is het deeg mooi gerezen. Beetje bloem op het schone aanrecht en deeg uit de machine vissen. In drie gelijke delen maken. Ik heb geprobeerd met wat kneden om de vorm van een stokbroodje aan te houden. Op een bakblik bakpapier leggen en de drie broodjes leggen als je tevreden bent. Een schone theedoek eroverheen leggen en nog een uur laten rijzen. Let erop dat je het niet op een plek hebt liggen waar tocht of kou is, anders werkt het niet. Ik wilde drie verschillende broodjes krijgen. Eéntje bestreken met olijfolie en bestrooid met sesamzaadjes. Dat leek goed te gaan, maar toen ik het brood wilde aansnijden lagen alle sesamzaadjes ernaast hahaha...dus als iemand nog een tip heeft? Graag! Het tweede broodje bestreken met de kruidenolie die ik van de week heb gemaakt. De olie had ik in een bakje gedaan en wat geperste knoflook erin. Het derde broodje heb ik wat platter gedrukt en met mijn duim kuiltjes erin gedrukt. Daar halve cherry tomaatjes in gestopt. De broodjes gaan op 220 graden in het midden van de oven, tussen de 20 tot 25 minuten. Eenmaal in de oven sprongen er wel drie stuks cherry tomaatjes uit. Tja, bij mij gaat niet altijd alles goed hoor! Heb ze aan het eind weer teruggestopt. Het snijden van dit broodje is een uitdaging te noemen want die cherrytomaatjes hebben een eigen willetje. Maar de broodjes vielen erg in de smaak. Zeker bij de lasagne. Heerlijk besmeerd met kruidenboter of pesto. En dat kun jij nu allemaal namaken als je wilt!
Lasagne in modo diverso
Ik maak al een tijd geen lasagne meer met een pak. Ik vind het minder lekker uit een pak en het is nauwelijks meer werk als je je eigen saus maakt. Ik gebruik verse lasagnebladen, die maak ik helaas niet zelf. Al lijkt het me best leuk om te leren met zo'n pasta machientje! Deze keer wilde ik wat anders. Vandaar ook de naam. In modo diverso betekent ' op een andere manier'. Wist je trouwens dat de vertaling van lasagne ' bladen' is? Weer wat geleerd!
Deze lasagne bestaat uit rode saus met gehakt en salami, een béchamel saus met kaas en verse kruiden en een broodkruim topping. Het was zalig! Echt weer anders dan de gewone lasagne.
De gehakt rul bakken in kruidenolijfolie ( zie eerder recept hoe je dat kunt maken!). Gehaktkruiden en geperste knoflook als smaakmaker erbij. De groente erbij als de gehakt gebruind is. De bruschetta en italiaanse kruiden mogen het prutje gezelschap gaan houden. De plakjes salami in 8 stukken snijden en erdoor roeren. De gezeefde en blokjes tomaten erbij. Zo heb je de mooie rode basis. Dat is klaar. Een ruime ovenschaal invetten. Beginnen met een laag saus, dan eerste laag lasagnebladen. Weer rode saus, weer lasagnebladen. Afhankelijk van wat je lekker vindt, maak je twee of drie lagen met bladen. Ik hou niet zo van hele stevige lasagne, dus ik hield het bij 2 lagen. Je hebt dus de lasagnebladen bovenop liggen als je aan de béchamelsaus gaat beginnen.
Zorg dat je alles voor deze saus afgewogen en klaar voor gebruik hebt liggen, want je moet steeds roeren. In een steelpan de boter laten smelten. Het mag niet bruin worden! Het vuur niet te hoog zetten en de bloem toevoegen. Roeren, roeren, roeren. De bloem gaat er een beetje als zand uitzien. Je moet het drie minuten zachtjes laten pruttelen. Dan met de garde steeds wat van de koude melk toevoegen. Niet teveel tegelijk anders krijg je klontjes. Als alle melk erin zit nog een paar minuten laten koken, blijven roeren. De fijngehakte groene kruiden mogen erdoor net als de geraspte kaas. Ik heb ongeveer een flinke hand vol gedaan. Sorry, niet gewogen... De béchamelsaus mag over de lasagnebladen. Met een lepel of spatel goed verdelen zodat alles bedekt is. Dan kun je nog wat geraspte kaas extra er over strooien. Nu ben je klaar om de topping te gaan maken.
Twee witte boterhammen kun je al een tijdje op het aanrecht leggen zodat ze al wat uitdrogen. De korst eraf snijden, die gebruik je niet. Het brood in kleine blokjes snijden. In twee eetlepels kruidenolie de blokjes verwarmen met geperste knoflook, zeezout en paprikapoeder. Als de blokjes droger worden kun je met de pollepel kleinere stukjes maken door de boel wat te pletten. Met een vork ging dat ook handig. De broodkruim verdelen over de béchamelsaus. De pijnboompitten nog even kort roosteren in diezelfde pan. Verdelen over de schaal. De lasagne mag op 200 graden in de oven, ongeveer een half uur. En dan...aan tafel! Dilettevole! Of zoals wij zeggen: verrukkelijk!
De gehakt rul bakken in kruidenolijfolie ( zie eerder recept hoe je dat kunt maken!). Gehaktkruiden en geperste knoflook als smaakmaker erbij. De groente erbij als de gehakt gebruind is. De bruschetta en italiaanse kruiden mogen het prutje gezelschap gaan houden. De plakjes salami in 8 stukken snijden en erdoor roeren. De gezeefde en blokjes tomaten erbij. Zo heb je de mooie rode basis. Dat is klaar. Een ruime ovenschaal invetten. Beginnen met een laag saus, dan eerste laag lasagnebladen. Weer rode saus, weer lasagnebladen. Afhankelijk van wat je lekker vindt, maak je twee of drie lagen met bladen. Ik hou niet zo van hele stevige lasagne, dus ik hield het bij 2 lagen. Je hebt dus de lasagnebladen bovenop liggen als je aan de béchamelsaus gaat beginnen.
Zorg dat je alles voor deze saus afgewogen en klaar voor gebruik hebt liggen, want je moet steeds roeren. In een steelpan de boter laten smelten. Het mag niet bruin worden! Het vuur niet te hoog zetten en de bloem toevoegen. Roeren, roeren, roeren. De bloem gaat er een beetje als zand uitzien. Je moet het drie minuten zachtjes laten pruttelen. Dan met de garde steeds wat van de koude melk toevoegen. Niet teveel tegelijk anders krijg je klontjes. Als alle melk erin zit nog een paar minuten laten koken, blijven roeren. De fijngehakte groene kruiden mogen erdoor net als de geraspte kaas. Ik heb ongeveer een flinke hand vol gedaan. Sorry, niet gewogen... De béchamelsaus mag over de lasagnebladen. Met een lepel of spatel goed verdelen zodat alles bedekt is. Dan kun je nog wat geraspte kaas extra er over strooien. Nu ben je klaar om de topping te gaan maken.
Twee witte boterhammen kun je al een tijdje op het aanrecht leggen zodat ze al wat uitdrogen. De korst eraf snijden, die gebruik je niet. Het brood in kleine blokjes snijden. In twee eetlepels kruidenolie de blokjes verwarmen met geperste knoflook, zeezout en paprikapoeder. Als de blokjes droger worden kun je met de pollepel kleinere stukjes maken door de boel wat te pletten. Met een vork ging dat ook handig. De broodkruim verdelen over de béchamelsaus. De pijnboompitten nog even kort roosteren in diezelfde pan. Verdelen over de schaal. De lasagne mag op 200 graden in de oven, ongeveer een half uur. En dan...aan tafel! Dilettevole! Of zoals wij zeggen: verrukkelijk!
Labels:
broodkruim,
bruschettakruiden,
gehakt,
geraspte kaas,
gezeefde tomaten,
hoofdgerecht,
italiaans,
knoflook,
lasagnebladen,
pijnboompitten,
rode saus,
salami,
verse groene kruiden
Abonneren op:
Posts (Atom)